e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
mottig flets:   mottig gezicht (Zutendaal), moͅtech chəzecht (Zonhoven), in lompen gekleed:   hā luupt doa mottig henne (Hechtel), Zn.: ne mottigen teires.  mottig (Bilzen), lauw weer:   mottig (Neer), lelijk:   mòttig (Sint-Truiden), lui:   mòttəch (Niel-bij-St.-Truiden), (h) weur nog te mottig vir op te stoa.n  mottig (Hasselt), ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)  mottig (Nieuwerkerken), niet zindelijk:   moͅttig (Lozen), onfatsoenlijk:   mòtəg (Loksbergen), onkuis:   mottəg (Loksbergen), onwel:   mottig (Eksel, ... ), mottig voelen (Eksel), mottig vüllen (Eksel), mottig zin (Vliermaal), Misselijk.  mottig zin/zien (Bilzen), pafferig dik, opgeblazen van lijf:   mottig (Baexem), môtsig (Ell, ... ), pokdalig:   moottig (Heel), mottich (Amby), mottig (Bilzen, ... ), mottig gezich (Schimmert), mottig-e (Blerick), mottige (Boekend), mōttig (Blerick, ... ), mòòtig (Posterholt), móttich (Reuver, ... ), móttig (Maasniel), môottich (Swalmen), môttig (Herten (bij Roermond), ... ), [vgl. lm. pokdalig]  mottig (Baarlo, ... ), schrammen:   mottig (Maasbree), slecht weer, hondenweer:   mūtəx (Eys), mòttig (Gruitrode, ... ), slordig:   mòttig (As), mòtəg (Loksbergen), wulps: zie ook WLD III, 2.2. lemmata "onkuis"en "geil, wellustig  mòtəg (Loksbergen) III-1-1, III-1-2, III-1-3, III-1-4, III-2-2, III-4-4