id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
29525 | stookdeur | deur: dø̄̄r (Tegelen [(van ijzer)] ), ovendeur: ó̜vǝdø̄̄r (Gennep), ovensdeur: ǭvǝs˱dø̄̄r (Ottersum) | De deur of het deksel waarmee de vuurmond werd afgesloten wanneer de oven gaar was. De stookgaten opzij van de oven uit L 163 werden afgesloten met dubbele deuren die zijdeuren (zējdø̄̄r\) werden genoemd. [N 49, 74a] II-8 |