30467 |
dakladder |
dakledder:
dāklɛdǝr (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q118p Schaesberg),
dakleer:
dāklī.r (L266p Sevenum),
dāklīr (L414p Houthalen),
dakstoel:
dākštōl (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q118p Schaesberg),
dekledder:
dęklɛdǝr (Q121c Bleijerheide)
|
De 'dekledder' (Q 121c) bestond uit dubbeldikke panlatten. Hij rustte op de dakpannen, leien, etc. De onderste en bovenste laddersport waren dubbel aangebracht waardoor de ladder aan de dakhaken bevestigd kon worden. Zie ook het volgende lemma ('Dakhaak'). [N 64, 145]
II-9
|