| 21245 |
bus |
bus:
bus (Q208p Vijlen)
|
bus: Wij moeten ons haasten om de - te halen [DC 27 (1955)]
III-3-1
|
| 21303 |
buskruit |
buskruit:
buskroet (Q208p Vijlen),
pulver (<lat.):
pŏŏl-ver (Q208p Vijlen)
|
buskruit [SGV (1914)] || licht ontbrandbaar, ontplofbaar mengsel dat o.a. gebruikt wordt voor het afschieten van vuurwapens [buskruit, kruit, poeder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21702 |
buur |
nabuur:
naober (Q208p Vijlen)
|
iemand die naast ons woont [naober, buur, buurman] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 20223 |
buurman |
nabuur:
naober (Q208p Vijlen),
noa-ber (Q208p Vijlen)
|
buurman [SGV (1914)] || iemand die naast ons woont [naober, buur, buurman] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 20241 |
buurt |
nabuurschap:
in de noa-ber-sjap (Q208p Vijlen)
|
buurt (in de ~) [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 24604 |
canadapopulier |
canadas:
kanadasse mv (Q208p Vijlen),
WLD
kannadas (Q208p Vijlen)
|
De canadese populier; kruising tussen de zwarte populier en amerikaanse soort (canada, kana, klaterboom, canadas, canidas, gauwgroot). [N 82 (1981)] || kanadas, canadese populier
III-4-3
|
| 34373 |
castreermes |
schaars:
šās (Q208p Vijlen),
scheermes:
scheermes (Q208p Vijlen)
|
Instrument waarmee men castreert. Uit de opgaven blijkt dat dit instrument in de meeste gevallen een scheermes is. De informant van Q 208 (Vijlen) vermeldt dat het scheermes "vroeger" werd gebruikt. [N 76, 46]
I-12
|
| 33749 |
castreren |
snijden:
šnii̯ǝ (Q208p Vijlen)
|
Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.]
I-12
|
| 21307 |
cavalier |
cavalier (fr.):
ka-vel-jee (Q208p Vijlen)
|
Cavelier [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 28448 |
cel |
cel:
sɛl (Q208p Vijlen)
|
Zeshoekige opening in de raat. De cel dient voor het uitbroeden van de larven of voor het bergen van honing en stuifmeel. De wijdte tussen de evenwijdige wanden wisselt naar de bijensoort en de ouderdom der raat van 4,74 mm tot 5,50 mm. De normale diepte is 12 mm maar ze kan ook wat minder zijn. [L 1a-m; S 3; Ge 37, 56]
II-6
|