| 21766 |
buitendorpse |
vreemde:
vreame (Q117p Nieuwenhagen)
|
Noem het (dialect)woord voor: mensen die niet in hetzelfde dorp wonen als u? [vreemde] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
| 20455 |
buitenechtelijk kind |
basterd:
bàstərt (Q117p Nieuwenhagen)
|
een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
| 18523 |
buitenzak op een jas |
buitentas:
boete tésj (Q117p Nieuwenhagen)
|
buitenzak in een jas [jassetes] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 25220 |
bulderen van de storm |
bulderen:
bŭldərə (Q117p Nieuwenhagen)
|
een sterk rommelend of dreunend geluid geven, gezegd van bijv. een storm of een kanon [rullen, bulderen, burrelen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 21349 |
bullebak |
bullebak:
bulləbák (Q117p Nieuwenhagen)
|
iemand die probeert door nors, ruw optreden anderen bang te maken [woew, bietebouw, bullebak] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
| 21118 |
bundel groenten |
bos:
WBD/WLD
bŭsj (Q117p Nieuwenhagen),
bussel:
WBD/WLD
bŭsjəl (Q117p Nieuwenhagen)
|
Een bundel samengebonden groenten zoals asperges, prei, etc. (bussel, bos). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
| 25251 |
bunder, maat van 10.000 m2 (hectare) |
bunder:
bŭndər (Q117p Nieuwenhagen),
hectare:
héktāār (Q117p Nieuwenhagen)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 10.000 vierkante meter [bunder, hond, hectare] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 27711 |
bunkerruimte |
bunker:
bøŋkǝr (Q117p Nieuwenhagen
[(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]
[Domaniale, Wilhelmina])
|
Bunker waarin bijvoorbeeld kolen (Q 121, Q 121c) of cokes (L 426) kunnen worden opgeslagen. [N 95, 108; monogr.]
II-5
|
| 24459 |
bunzing |
vuur:
vuur (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen),
vūūr (Q117p Nieuwenhagen)
|
bunzing [DC 07 (1939)], [Roukens 03 (1937)]
III-4-2
|
| 21703 |
buren (ww.?) |
naburen:
Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!
naobərə (Q117p Nieuwenhagen)
|
buurman zijn van iemand [noberen, geburen] [N 90 (1982)]
III-3-1
|