| 18706 |
damesblouse |
bloes:
bloes (Q196p Mheer)
|
damesblouse, te dragen bij een rok [bloes, stelsel, jak, beskien, kazevek] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 18409 |
dameshoed? |
vrouwluihoed:
vrolujhoöd (Q196p Mheer)
|
dameshoed [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 18375 |
dameslaars |
steveltje:
sjtievelke (Q196p Mheer)
|
vrouwenlaars [stevelet] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
| 18263 |
damesmantel |
mantel:
mantel (Q196p Mheer),
mentel (Q196p Mheer)
|
mantel [SGV (1914)] || mantels (mv.) [SGV (1914)]
III-1-3
|
| 22645 |
dammen |
dammen:
Karte 92.
dammen (Q196p Mheer)
|
Dame spielen.
III-3-2
|
| 24984 |
damp, stoom |
gadem:
gaam (Q196p Mheer),
stoom:
schtoum (Q196p Mheer)
|
damp van kokend water [DC 28 (1956)] || stoom [SGV (1914)]
III-4-4
|
| 28402 |
dar |
dreen:
dręn (Q196p Mheer),
drę̄n (Q196p Mheer),
drę̄ǝn (Q196p Mheer),
mannetje:
mɛnǝkǝ (Q196p Mheer)
|
Het mannelijk dier in het bijenvolk. De dar is geboren uit een onbevruchte eicel. In de bijenwoning doet hij niets anders dan eten. Zijn enige functie is het helpen warm houden van het broed door zijn aanwezigheid. Onmisbaar zijn de darren voor de bevruchting van de jonge koningin. Na de paring sterft de dar. De darren worden in mei of vlak daarna geboren. Als het bijenjaar ten einde spoedt, in augustus of september, worden de darren verdreven door de werksters en sterven zij. De dar heeft geen angel. Voor het woorddeel (-bij) leest men de woordtypen bij/bie en bien. In welke plaatsen deze woordtypen respectievelijk voorkomen, ziet men in het lemma Bij. Voor de fonetische documentatie ervan wordt ook verwezen naar het lemma Bij. [N 63, 12c; S 3; L 1a-m; JG 1a + 1b; JG 2b-5, 2; R 3, 42; A 9, 2; Ge 37, 2; monogr.]
II-6
|
| 17702 |
darm |
darm:
dèèrm (Q196p Mheer)
|
darm [DC 02 (1932)]
III-1-1
|
| 18250 |
das, sjaal |
das:
das (Q196p Mheer),
sjerp:
sjèèrp (Q196p Mheer)
|
das (doek) [SGV (1914)] || das, sjaal, om de hals gedragen [das, polderdas, sjerp, kazzenij] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 18592 |
dasspeld |
kravattenspang (<fr.):
karvatte-sjpang (Q196p Mheer)
|
dasspeld [dasspang] [N 23 (1964)]
III-1-3
|