| 33140 |
wannen met de wanmolen |
schoonmaken:
sxǫu̯nmǭ.kǝ (P188p Hoepertingen)
|
Het werken met de wanmolen. Zie voor de fonetische documentatie van [wannen] het lemma ''wannen met de wan'' (6.3.1) en zie ook de toelichting bij dat lemma. [N 14, 39; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
| 18268 |
want |
duimhandschoen:
duimhandschoen (P188p Hoepertingen),
haas:
een has (P188p Hoepertingen)
|
want, handschoen waarvan de vier vingers samen zitten [ZND 35 (1941)]
III-1-3
|
| 25204 |
warm weerx |
warm (weer):
wɛrm (P188p Hoepertingen)
|
warm (weer) [ZND A1 (1940sq)]
III-4-4
|
| 19717 |
was |
was:
wãs (P188p Hoepertingen)
|
Afscheidingsprodukt uit de wasklieren van de bijen. Voorheen werd de bijenwas veel gebruikt als grondstof voor kaarsen. Momenteel wordt de bijenwas als grondstof vaak vervangen door plantenwas of belangrijk goedkoper te produceren chemicaliën. Nog steeds is de bijenwas van belang voor de bereiding van zalven, kosmetische produkten en boenwas, voor het modelleren van gietvormen en voor medische toepassingen. [N 63, 121a; JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 52; Ge 37, 145; monogr.]
II-6
|
| 23597 |
wasdraad |
wiek:
wiek (P188p Hoepertingen)
|
De in was gedrenkte draad, gebruikt om kaarsen aan te steken [spintlicht?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 19658 |
wasgoed |
was:
was (P188p Hoepertingen)
|
Hoe noemt u het pas gewassen en gedroogd wasgoed? [N105 (2000)]
III-2-1
|
| 19669 |
wasknijper |
speld:
spɛlə (P188p Hoepertingen),
wasspeld:
wasspɛlə (P188p Hoepertingen),
wāsspɛlə (P188p Hoepertingen)
|
klemmende houtjes om de wasch op de drooglijn vast te maken [ZND 36 (1941)]
III-2-1
|
| 32545 |
wasmand |
wasbanst:
wās˱bās (P188p Hoepertingen)
|
In het algemeen een van twee oren voorziene, ronde of ovale mand voor wasgoed. De wasmand was vaak van witte wissen gemaakt. Zie ook afb. 286. [N 20, 50; N 40, 95; N 40, 106; N 40, 107; N 40, 108; N 20, 48 add.; monogr.]
II-12
|
| 23443 |
wastafeltje in de sacristie |
lavabo (lat.):
lavabouw (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen)
|
Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 34173 |
waterblaas |
waterblaas:
wɛtǝrbluǝs (P188p Hoepertingen)
|
De eerste met vocht gevulde blaas die de weg baant voor het kalf. [N 3A, 52a]
I-11
|