e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L381p plaats=Echt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tweeslachtige jonge kip loerhaan: lūrhān (Echt) Met betrekking tot het woordtype loerhaan merken informanten op, dat deze een haan is met een geslachtelijke afwijking of dat deze het uiterlijk van een haan heeft maar geen volledige haan is. [N 70, 10; N C, add.; N 19, add.; monogr.] I-12
uier uier: yi̯ǝr (Echt), ȳi̯ǝr (Echt), ȳr (Echt) De melkklier van de koe zoals zij zich uitwendig vertoont onder aan de buik. Op de kaart is het woordtype uier niet opgenomen. [JG 1a, 1b; Gwn V, 7; L 8, 24a; L 14, 27a; RND 127; S 38; Wi 51; monogr.] I-11
uieren uieren: ȳi̯ǝrǝ (Echt) Een zwellende uier krijgen in de draagtijd, gezegd van de koe. [N 3A, 35; A 9, 16; monogr.] I-11
uierkwartier kwart: kwart (Echt), kwartier: kǝrtēr (Echt) Kwartier van de koeuier in het algemeen. [A 9, 12] I-11
uitdragen uitdragen: ūt˱drāgǝ (Echt) De pannen na het bakproces uit de oven halen. Zie ook het lemma ɛde oven leeghalenɛ.' [monogr.] II-8
uiterontsteking, mastitis uierontsteking: yi̯ǝrontstē̜keŋ (Echt) Door het feit dat de natte spenen (melk) een geschikte voedingsbodem vormen voor bacteriën en door de plaats van de uier (mest en vuil) is de kans op infectie groot. Streptococcen zijn de belangrijkste ziekteverwekkers. Bij een acute ontsteking is de uier gezwollen, pijnlijk en rood. De melk is meestal waterachtig en bevat vlokjes. Bij slepende gevallen vertoont de uier plaatstelijk knobbels en verhardingen. De melk ziet er meestal normaal uit (Berns, blz. 118). Zie ook wbd I.3, blz. 461. [N 52, 5a; A 48A, 10a; monogr.] I-11
uitgegraven dennenwortel knoer: knuǝr (Echt) [R 3, 3; L B2, 344] I-8
uithalen van de doorslagsteken steek uithalen: stēk uthǭlǝ (Echt) Het verwijderen van de doorslagsteken. [N 59, 51b] II-7
uitleggen (zoom) uitlaten: zǫwm ūtlē̜tǝ (Echt) Een kledingstuk langer of ruimer maken door onderaan een zoom uit te leggen. [N 59, 191; N 62, 23b; MW] II-7
uitpersen van de baarmoeder, prolapsus uteri (het) lijf uitgooien: ǝt līf ūtgǭi̯ǝ (Echt) Het uitzakken van de baarmoeder veroorzaakt door de naweeën of door het gewicht van de vruchtvliezen. In tegenstelling tot een prolapsus vaginae doet zich de prolapsus uteri altijd voor na een baring. [N 52, 4; A 48A, 8; N 3A, 97; N 52, 30a; monogr.] I-11