e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
lossen (het) lossen:   de doeven lossen (Eisden), doeve weère gelost (Doenrade), het losse (Jeuk), hət lòssə (As), losse (Doenrade, ... ), lossen (Eys, ... ), losser (Vlijtingen), lossə (Beesel), loͅ.sə (Eys), lòsse (Sevenum), lòssə (Guttecoven), ’t losse (Klimmen), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  ze zin gelos (Bilzen), ’t losse (Bilzen), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.  losse (Wanssum), Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!  lossen (Gruitrode), Algemene opmerkingen bij deze vragenlijst:  losse (Thorn), afladen:   losǝ (Wijshagen), lǫ.sǝ (Godschei, ... ), lǫ.sǝn (Achel, ... ), lǫsǝ (Beringen, ... ), lǫsǝn (Heppen, ... ), lǭ.sǝ (Sint-Lambrechts-Herk), apart lossen: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.  losse (Wanssum), Opm. v.d. invuller: 20 tussenpauze (ps.?: letterlijk overgenomen, maar weet eigenlijk niet wat invuller hiermee bedoeld?!).  losse (Houthalen), betalen:   losse (Kinrooi), brood uit het blik of van de plaat halen:   lossen (Nuth), losǝ (Sittard, ... ), de slokdarm afsluiten:   losǝn (Leunen), de zaag ontspannen:   lǫsǝ (Herten, ... ), duiven lossen:   (douve) lósse (Zolder), (døͅivə) loͅsən (Lommel), Douve lósse: Duiven laten uitvliegen.  lósse (Zonhoven), Duiven lossen.  losə (Zonhoven), loͅsə (Meeswijk), gelijktijdig lossen:   losse (Eys, ... ), geluidloos een wind laten:   eene losse (Bilzen), losse (Meijel), honing vloeibaar maken:   lossen (Opglabbeek), lusǝn (Tessenderlo), hooi afladen:   lǫsǝn (Achel), kalk blussen:   lǫšǝ (Opgrimbie), kamerschieten:   lossen (Stein), lichten:   lǫsa (Berlingen), ontlasting hebben:   losse (Meijel), Neutraal.  losse (Bilzen), uiten:   losse (Bree), lossen (Jeuk, ... ), wrikken met een beitel:   lǫsǝ (Ottersum, ... ) I-10, I-3, II-1, II-12, II-3, II-6, II-9, III-1-1, III-3-1, III-3-2