e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stikken achterblijven van zijn adem: z`nen ojjem blif aater (Bilzen), aflappen: aflapǝ (Meijel), de stiksteek doen: dǝ stekstēk dūn (Leopoldsburg), de stiksteek pakken: dǝ stekstēk pakǝ (Neerpelt), korten: kortǝ (Venray), lappen: lapǝn (Eigenbilzen), machinesnaaien: mǝšinsnɛ̄jǝ (Bocholt), met stiksteek naaien: męt stekstēk niǝjǝ (Eisden), naaien: naaien (Lommel), niǝ (Geulle), niǝnǝ (Bleijerheide, ... ), nęjǝ (Maasbree), nę̄ǝ (Bilzen), nɛjǝ (Roggel), nɛ̄jǝ (Meijel, ... ), steekje doen: stekskǝn dun (Rijkel), stikken: (versjtêkke) (Gronsveld), dê ĕs gestikt (Genk), schtikke (Amby, ... ), schtikken (Heerlerbaan/Kaumer), schtikku (Brunssum), sjtekke (Lutterade), sjtieke (Schinnen), sjtikke (Beek, ... ), sjtikkə (Amstenrade, ... ), stekǝ (Bilzen, ... ), stekǝn (Diepenbeek, ... ), stiekke (Hasselt), stikke (Bilzen, ... ), stikke(n) (Maaseik), stikken (Born, ... ), stikkö (Stevensweert), stikkə (Gennep, ... ), stikkən (Urmond), stikt (Lommel), stikǝ (Hasselt), stikə (Meeuwen, ... ), stjikkə (Schimmert), stukt (Stein), šte.kə (Eys, ... ), štekǝ (Doenrade, ... ), štikǝ (Valkenburg), štękǝ (Remersdaal), B.v. Her ès gestik.  stikke (Val-Meer), B.v. Stikken is stervenomdat ge giejehnen oasem mieje had.  stikken (Peer), Geen adem meer krijgen.  sjtikke (Herten (bij Roermond)), opg. eig. eerder slikkë !!  stikkë (Hoeselt), Passief.  stikke(n) (Eigenbilzen), Vroeger: [verstéke].  stékə (Kinrooi), stikkeren: stekǝrǝ (As), twee stukken leer opeennaaien: twę̄j štøkǝ lę̄r obę̄niǝnǝ (Montzen), versmachten: versmachte (Hechtel), versmachten (Houthalen), vërsmaachtë (Tongeren), vərsmāchtə (Loksbergen), PLAATS: De informant geeft als gehucht Kiefhoek op.  versmacht (Eksel), Vereenvoudigd fonetisch schrift. Een streepje boven een klank of tweeklank geeft de Limburgse sleeptoon aan.  vərsmàxtə (Kuringen), verstikken: dê ĕs verstikt (Genk), v`rstikke (Bocholt, ... ), versjtikkə (Epen), verstikke (As, ... ), verstikken (Achel, ... ), verstikt (Lanklaar, ... ), vërstikkë (Tongeren), vərsjtökkə (Heerlen), vərṣtekə (Montzen), Actief.  verstikke(n) (Eigenbilzen), B.v. Her ès verstik.  verstikke (Val-Meer), PLAATS: de informant geeft als kerkdorp Jeuk/Hasselbroek op.  verstikke (Jeuk), verwurgen: vərwərəgə (Loksbergen), zijn adem niet meer krijgen: zennen ŏssem nie (mieje) kriegge (Eksel), zonder lucht zitten: zonder lòcht zitten (Eksel) Het door middel van een draad aan elkaar bevestigen van twee stukken leer. Volgens de informanten wordt de term naaien gebezigd voor het vroegere handwerk (L 163a, Q 112a) en stikken voor het latere machinale werk (L 163a, Q 18 en Q 112a). [N 60, 54a; N 60, 239] || Met de stikker de turf snijden in de lengte en de breedte. Met beide handen houdt men de steel van de stikker omkneld en men drijft met een flinke slag het vlijmscherpe mes in de turflaag. [II, 38c] || Naaien met de stiksteek. Zie ook het lemma ɛstiksteekɛ.' [N 62, 9; L 31, 46; Gi 1.IV, 16; MW] || stikken || Stikken, sterven door ademgebrek (stikken). [N 84 (1981)] || Stikken: sterven door ademgebrek (stikken, verstikken) [N 106 (2001)] II-10, II-4, II-7, III-1-2