e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Banholt

Overzicht

Gevonden: 550
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
veldmuis molmuis: molmoes (Banholt), scheelmuis: sjeelmoes (Banholt) muis, veldmuis III-4-2
velg velling: veleŋ (Banholt) De oorspronkelijke betekenis van de term velg is "elk van de vier tot zes gebogen houten blokken, die samen de rand van het wiel vormen en waarin de spaken vastgemaakt worden". Een aparte term voor de volledige houten rand bestond oorspronkelijk niet. Er is verwarring rond de term gekomen bij de opkomst van de fiets- en de autowielen, waarvan de randen niet uit aparte deeltjes bestonden, maar die uit √©√©n stuk gemaakt waren. Deze randen werden ook "velgen" genoemd. De verwarring blijkt duidelijk uit het feit dat voor zowel het houten blok als voor de volledige rand dezelfde termen, velg en velling, werden opgegeven en in de opgaven verschijnt vaak het meervoud, vooral in de betekenis van "houten rand". Sommige opgaven zijn echter samenstellingen, waaruit de betekenis eenduidig blijkt. Deze woordtypes staan onder B. en C. geordend en betekenen resp. "houten blok" en "wielrand". [N 17, 65a-b + add; N G, 45a-b; JG 1a; JG 1b; JG 2b; A 4, 20a + c; L 20, 20c; monogr.] I-13
verdriet; verdriet doen leed: lèt (Banholt), verdriet: verdreeat (Banholt) leed [SGV (1914)] || verdriet [SGV (1914)] III-1-4
vergaarbak kaar: kār (Banholt) De vergaarbak onder de perskuip. Zie afb. 18 en afb. 21. [N 57, 15] II-2
vergaarkuip tijn: ten (Banholt), (mv.)  tinǝ (Banholt) De soms van hout vervaardigde vergaarkuip voor het opvangen van het sap. [N 57, 18] II-2
verliezen verlieren: verleere (Banholt, ... ) verliezen [SGV (1914)] III-3-1, III-3-2
verstandig verstandig: vershtennich (Banholt) verstandig [SGV (1914)] III-1-4
vest vest: vest (Banholt) vest (kleedingstuk) [SGV (1914)] III-1-3
vieruursboterham achterunjer: aajternoonder (Banholt) namen en uren van de dagelijkse maaltijden: namiddag [ZND 18G (1935)] III-2-3
vissen vissen: vèshe (Banholt) visschen (ww.) [SGV (1914)] III-3-2