25055 |
armvol |
armvol:
(h)ervel (L417p As),
ermvol (L417p As, ...
L417p As),
hérvel (L417p As),
hęrvǝl (L417p As),
ɛrǝmvǫl (L417p As),
(een vervorming van armvol.
(h)ervel (L417p As),
bussel:
béssel (L417p As)
|
armvol [ZND 01 (1922)], [ZND 01u (1924)] || de hoeveelheid die men met de armen kan omvatten [armvol, elver, ervel, speet] [N 91 (1982)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.] || ervel, armvol
I-4, III-4-4
|
21570 |
arresteren |
vastzetten:
vàstzétte (L417p As)
|
iemand in hechtenis nemen [bekommeren, arresteren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
32824 |
as, spil van de rol |
pin:
pen (L417p As)
|
De in dit lemma verenigde termen betreffen ofwel (elk van) de twee, als as fungerende pinnen in de uiteinden van de houten rol, ofwel de as van de ijzeren paarderol. [JG 1a; JG 1b add.; N 11A, 184e; monogr.]
I-2
|
32672 |
asblok |
asbed:
as˱bęt (L417p As),
karlade:
karlāi̯ (L417p As)
|
Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-13
|
25880 |
asgat |
gat:
gā.t (L417p As)
|
Gat in de muur waarlangs de molenas het molengebouw binnengevoerd wordt. [Jan 81; Coe 74]
II-3
|
22084 |
asse |
asse:
asse (L417p As)
|
asse? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
32227 |
asstroppen |
ijzers:
īzǝrs (L417p As)
|
De metalen beugels die dienen om de metalen karas in het houten asblok vast te houden. Zie ook afb. 195. Er bestaan verschillende uitvoeringen van de asstroppen. Meestal is het een soort beugel met aan beide einden schroefdraad waarop met twee moeren een sluitstuk wordt vastgezet. Soms bestaan de asstroppen echter ook uit twee ijzeren plaatjes, één boven en één onder het asblok, die worden verbonden door twee bouten waarop twee moeren worden gedraaid (Goossens, pag. 18). [N G, 48b; JG, 1a]
II-12
|
22897 |
aswoensdag |
asgoensdag:
aschgoonsdig (L417p As)
|
Aswoensdag. [ZND 01 (1922)]
III-3-3
|
21904 |
atelier |
atelier (fr.):
àtteliee (L417p As),
werkhuis:
werkhóus (L417p As),
werkplaats:
werkplaats (L417p As)
|
de ruimte, ingericht om er te werken met gereedschappen en/of machines [atelier, werkplaats] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
33499 |
augurk |
cornichon (fr.):
WBD/WLD
kòrnisjo͂s (L417p As)
|
Een soort van kleine komkommer die vaak in azijn wordt ingemaakt; een augurk (canichon, augurk). [N 82 (1981)]
I-7
|