24937 |
arduin, hardsteen |
arduin:
àrduin (L417p As)
|
hardsteen, harde, meest blauwgrijze kalksteen, gebruikt voor stolpen, hoekstenen enz [arduin] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
25272 |
are, maat van 100 m2 |
are:
aar (L417p As)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 100 vierkante meter [are] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
33100 |
aren lezen |
aren rapen:
ǫrǝ rāpǝ (L417p As),
spieren rapen:
spē.rǝ rā.pǝ (L417p As)
|
Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2]
I-4
|
32877 |
arend van de zeis |
ang:
ãŋ (L417p As)
|
Het blad van de zeis loopt aan de zijde waar het met de steel verbonden is uit in een smal, vaak extra verstevigd, stukje staal, de arend, dat tegen de steel van de zeis aanligt en door middel van de zeisring daaraan wordt vastgemaakt. Aan het uiteinde is de arend voorzien van een nokje dat in een gat in de steel wordt gestoken of geslagen; soms zijn er twee dergelijke nokjes (vergelijk het woordtype dobbelang). Voor de hoek die de arend met het zeisblad maakt, en het belang hiervan voor een goede "voering" van de zeis, zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. Zie afbeelding 5, nummer 1. [N 18, 68a; JG 1a, 1b; A 4, 28c; A 14, 1; L 20, 28c; L 45, 1; monogr.]
I-3
|
21902 |
arm |
arm:
ɛ.rǝm (L417p As)
|
Zie de toelichting bij het lemma ɛarm liggenɛ.' [N O, 34j; Vds 193; Jan 198; Coe 169]
II-3
|
18239 |
armband |
armband:
èrmbànd (L417p As)
|
band- of ringvormig, gewoonlijk metalen sieraad dat om de arm of pols gedragen wordt [armband, bracelet] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
21709 |
armbestuur |
armraad:
èrmraod (L417p As)
|
de instelling die zich tot doel stelt arme mensen te ondersteunen [arme, armekom-mer, grootvaal, armbestuur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23355 |
armenbanken |
armenbanken:
ermebenk (L417p As)
|
De banken achter in de kerk, die niet werden verpacht [gemeine banken, vrije banken, ermebanke, vrije plaatsen?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
19794 |
armleuning |
armleuning:
ɛrmlø͂ͅneŋ (L417p As)
|
armleuning van een stoel [N 56 (1973)]
III-2-1
|
28950 |
armsgatuitsnijding |
armsgat:
ęrms˲gāt (L417p As)
|
De uitsnijding voor de mouw bij het colbert. [N 59, 101a]
II-7
|